Route 191 South voert door een mooi woestijnlandschap naar Ganado, waar de Hubbel Trading Post National Historic Site echt Indiaans spul laat zien. We volgen snel de 191 naar de I-40.
Interstates zijn niet onze favoriete wegen maar ja, waar eens Route 66 lag is nu alleen asfalt. Route 66, dat overgehypte nostalgisch fenomeen, interesseert ons nauwelijks. We willen naar Petrified Forest National Park.
Dit park heeft twee gedeelten, ten noorden en ten zuiden van de I-40. We gaan naar het noorden, richting Visitor Center. Het verhaal is bekend: de stevige pijnbomen die hier groeiden werden bedekt met slib, zand en modder. Zo, luchtdicht verpakt, werd het ontbindingsproces van het hout stopgezet. Als gevolg van kiezelzuur in de grond transformeerde het hout in kwarts. Daardoor ontstonden stenen bomen die met de hele bodem omhoog gedrukt werden en daarna door erosie bloot kwamen te liggen. Het stuk dat we het eerst bezoeken maakt deel uit van de Painted Desert, een woestijn zo bomvol mineralen dat het bij de juiste zonstand inderdaad lijkt alsof een kunstschilder zijn tubes heeft uitgeknepen.
Het zuidelijke deel is dat van de grote bomen. We rijden onder de I-40 door het oudere parkdeel in. Het is nog een flinke rit voor de bomen echt in grote getalen te zien zijn, maar dan krijg je ook wat. Blue Mesa Trail, maar anderhalve kilometer lang, loopt door een kil aandoend stuk badlands. Maar het hoogtepunt is het Long Logs Trail. Niet meer dan een kilometer lang, maar het voert ons langs stenen boomstammen van indrukwekkende lengte. De Indianen, altijd praktisch, gebruikten stukken versteend hout voor het bouwen van een woning in dit gebied, zoals we zien in Agate House. De rangers houden bezoekers goed in de gaten: er wordt hout gejat bij het leven en de enige manier om het park te beschermen is daar een flinke straf opzetten.
Holbrooke
Petrified Forest heeft zelf geen kampeerplaatsen. We kunnen via Route 180 North naar Holbrook gaan voor een motel, misschien zelfs die maffe wigwams die zo bekend zijn van Route 66 beelden. Als we zo vrij mogen zijn: Holsbrook, Winslow - het stelt echt niets voor. Maar goed, we kamperen in het Homolovi Ruins State Park. Dat is trouwens een goede gelegenheid om een Arizona State Parks kaart te kopen, die toegang geeft tot vijf state parks voor een schappelijk prijsje. Dat halen we er wel uit.
Overnachten in Winslow biedt een uitstekende aanloop naar Flagstaff, dat in de armen ligt van de San Francisco Mountains en daarom verrassend koel en bosrijk is. Op zich is dit plaatsje niet vreselijk interessant, afgezien van het uitstekende Museum of Northern Arizona en de telescoop waar de planeet Pluto voor het eerst werd gezien. We blijven er één nacht omdat het een goede uitvalsbasis is voor een aantal parken in de omgeving en we vanhier de Grand Canyon kunnen doen. Onderweg naar Flagstaff blijkt Meteor Crater een teleurstelling. Niets aan.
Vlak voor Flagstaff stoppen we allereerst bij Walnut Canyon National Monument. Hier zijn in een beboste diepe vallei ruim driehonderd rotswoningen te zien, gebouwd tussen 1150 en 1250 door de Sinagua-Indianen. De woningen liggen op brede richels onders de overhangende rotswanden. Zo bieden ze niet alleen bescherming tegen vijanden maar ook koelte in de zomer en een dak in de winter. We volgen het Island Trail vanuit het Visitor Center. Het gaat via een trap zestig meter omlaag naar een geïsoleerd staande rots, een soort eiland, waar een stuk of dertig woningen van nabij te zien zijn. 't Is even klimmen om weer terug te komen, maar de moeite waard.
In Flagstaff zoeken we onderdak - aan campings, b&b's en motels geen gebrek. Om voeling te krijgen met deze omgeving bezoeken we eerst het Museum of Northern Arizona, waar een goed beeld gegeven wordt van het leven van de Indianen in deze regio (het Pioneer Museum kunt u wel laten zitten). De rest van de dag gebruiken we voor het Sunset Crater Volcano National Monument, een mooie halve-dagtocht. We nemen daarvoor Route 89, richting Grand Canyon. Het is maar een half uurtje rijden naar deze kegelvormige zwarte vulkaankrater. Het past niet in ons plan vandaag om hier de zonsondergang mee te maken, maar dan is de krater op zijn mooist, als de geoxideerde mineralen aan de rand voor mooie kleuren zorgen. Het Visitor Center geeft de nodige informatie en een wandeling over de Lava Flow Nature Trail rondt die af. De krater is verboden terrein maar vanaf de Cinder Hills Overlook hebben we toch een mooi uitzicht.
Verder aan deze weg ligt Wupatki National Monument. In de taal van de Hopi-Indianen betekent Wupatki `groot huis' en dit complex met meer dan honderd vertrekken is een van de meest uitgebreide ruïnes die in Arizona is te vinden. De verdiepingen waren vroeger met houten trappen verbonden, er is een plein waarop een soort balspel werd gespeeld en een amfitheater. Halverwege de twaalfde eeuw zijn de bewoners vertrokken en net als elders in het Zuidwesten weet men nog steeds niet waarom. Wel kun je, om je heen kijkend, ervaren dat het met het huidige klimaat en de droge omgeving geen aantrekkelijke plek meer is om te wonen. Vlak voor we weer bij Route 89 komen op de Loop Road, liggen nog een aantal andere ruïnes. We hebben er nog niet genoeg van en bezoeken Citadel Ruin, een pueblo op een strategisch gelegen heuvel. Terug in Flagstaff zoeken we het studentenwijkje op om in de Beaver Street Brewery, een uitstekende hamburger/pizza/bier tent.